De samenleving verandert snel, maar ook nieuwe taken en complexe vraagstukken stellen steeds andere eisen aan de gemeente. Hierdoor vraagt dit een continue ontwikkeling van de gemeentelijke organisatie en haar medewerkers. Meer en meer werken wij toe naar een flexibele, projectmatige en opgavegerichte organisatie, waarbij het anticiperen op de samenleving centraal staat.
In 2021-2022 is gestart met de eerste fase van het organisatieplan met als doel te komen tot een toekomstbestendige organisatie. We hebben deze fase in het afgelopen jaar afgerond. Belangrijke resultaten zijn een passende organisatiestructuur, aandacht voor de medewerkers en een behapbare span of control. Dit vormt de basis voor een verdere ontwikkeling van de ambtelijke organisatie en daarmee een volgende stap in de organisatie- en cultuurontwikkeling.
Daarnaast hebben we te maken met een aantal andere ontwikkeling, zo kent onze organisatie een relatief hoog verzuim en is de werkdruk hoog. Bovendien hebben we te maken met krapte op de arbeidsmarkt en een hoog verloop, wat mede veroorzaakt wordt door de krapte op de arbeidsmarkt. Het wordt steeds lastiger om vacatures tijdig in te vullen. De beschikbaarheid van externe krachten om dit op te vangen en te zorgen voor vervanging bij verzuim is beperkt. Bovendien leidt dit tot hogere kosten.
Deze ontwikkelingen maken het noodzakelijk goed naar ons personeelsbeleid te kijken en als werkgever nog meer inzetten op het ‘binden en boeien’. Hier is inmiddels een start mee gemaakt, maar moet de komende jaren nog meer op worden ingezet. Voor de komende jaren wordt dit verder uitgewerkt. Een passende salariëring hoort hierbij. We zijn daarom in 2023 ook een project gestart om onze functie- en functie waardering systeem (HR21) te actualiseren waarvan de doorwerking in 2024 zichtbaar wordt.
Het is belangrijk dat we investeren in eigentijds HR beleid, waarmee we inspelen op de beschreven ontwikkelingen in samenhang met ons huidige personeelsopbouw. We hebben te maken met een vergrijzend personeelsbestand. Om toekomstbestendig te blijven, zetten we in op strategische personeelsplanning en investeren we in de duurzame inzetbaarheid van onze medewerkers. Onze medewerkers verdienen aandacht en investeren in hun ontwikkeling en inzetbaarheid is daarom essentieel.
Naast een aanpassing van het personeelsbeleid richten we ons op een heldere wijze van sturen, duidelijke doelen en het stellen van kaders om de doelen te bereiken. De organisatie en cultuurontwikkeling richt zich daarom sterk op een veranderende manier van werken aan de hand van de vier kernwaarden: Oprecht nieuwsgierig; Experimenteren; Persoonlijk leiderschap en Samenwerken. Belangrijke doelen zijn werkplezier en de ruimte voor persoonlijke ontwikkeling. Dat doen we onder andere door te werken aan gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid, het maken van keuzes en prioriteren en de inzet van leiderschapsontwikkeling. Voor de realisatie van strategische opgaven is het belangrijk dat er samengewerkt wordt tussen verschillende afdelingen en wordt gezocht naar onderlinge verbinding. We hebben dit geborgd in de uitvoeringsagenda voor de jaren 2024-2026.
Ontwikkelingen bedrijfsvoering
De rol van de gemeente verandert. De gemeente treedt steeds meer op als partner. Denk aan burgerparticipatie, faciliteren en co-creëren. Samen met onze inwoners en bedrijven, instellingen en andere overheden realiseren we steeds meer gezamenlijk maatschappelijke opgaven. De verwachtingen zijn hoog en de opgaven vaak ook dynamischer en complexer. Ook de onvoorspelbaarheid en onzekerheid nemen toe (botsende belangen, verdere juridisering en financiële claims. Optreden als partner vraag meer afstemming, ondersteuning en vastleggen van afspraken om gezamenlijke opgave te realiseren, zowel intern als extern. Dat vraagt om een stevige organisatie van Bedrijfsvoering die daar op inspeelt en klaar voor is. Dat heeft ook zijn keerzijde. De vraag aan advies neemt toe. Daarnaast zijn de verschillende taakvelden/ vakgebieden binnen bedrijfsvoering sterk in ontwikkeling. Financiële vraagstukken worden complexer, Privacywetgeving en ook rechterlijke uitspraken (bijv. Vastgoed “Didam-arrest”) en de doorvertaling daarvan. Wat dat concreet betekent is nu niet (nog) bekend. Zodra daar meer duidelijkheid over is wordt e.e.a. op later moment in beeld gebracht.
Begroting 2024 (excl. griffie en bestuur)
Toelichting ontwikkeling formatie en salarisbudget MJB 2024-2027.
Toename formatie:
In de programmabegroting 2023-2026 ben u geïnformeerd over de ontwikkelingen ten aanzien van de professionalisering van de organisatie. Hiervoor heeft uw raad in de programmabegroting 2023-2026 de volgende middelen beschikbaar gesteld:
in euro's | ||||
---|---|---|---|---|
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
1.143.299 | 1.797.406 | 2.396.543 | 2.310.800 | 2.310.800 |
In 2023 heeft de verdeling van de toegekende middelen plaatsgevonden over diverse functies in de organisatie. Verspreid over drie jaren is voor professionalisering totaal 27,31 fte toegevoegd aan de bestaande formatie. Het grootste deel is toegekend in 2023, namelijk 14,54 fte. Daarnaast is de formatie in 2023 met 7,78 fte toegenomen als gevolg van andere formatiemutaties. Hiervoor zijn bestaande financiële middelen ingezet. De belangrijkste mutaties worden hierna toegelicht in fte’s:
Inzet t.b.v. openbare ruimte | 5,2 | Dekking ten laste van projecten | |||||
Beheerder kabels en leidingen | 1 | Dekking leges MOOR* | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Onderwijsbeleid en administratie | 0,79 | Salarisbudget toegekend in de Kadernota 2022 | |||||
Financiële hulpverlening | 0,52 | Materieel budget financiële hulpverlening | |||||
Overige aanpassingen | 0,27 | Diverse overige budgetten | |||||
7,78 |
*MOOR: Meldpunt Opbrekingen Openbare Ruimte
De formatie vóór verwerking van de mutaties bedroeg in 2023 totaal 349,61 fte. (Paragraaf Bedrijfsvoering begroting 2023). Na verwerking van alle formatiemutaties bedraagt de totale formatie 384,72. Een stijging van 35,11 fte, als volgt over de jaren verdeeld:
2023 | 22,32 | | |||
---|---|---|---|---|---|
2024 | 8,09 | 8,07 professionalisering 0,02 overig | |||
2025 | 4,7 | ||||
35,11 | fte |
Effect formatie-uitbreiding op de meerjarenbegroting
In de primaire begroting 2023-2026 was rekening gehouden met de financiële gevolgen van de formatie-uitbreiding voor de professionalisering van de organisatie. In onderstaande tabel zien we het verschil in euro’s ten opzichte van de meerjarenbegroting ná verwerking van alle formatiemutaties in de jaren 2024 t/m 2027.
Ontwikkeling formatiebudget 2024-2027 in euro's.
Jaar | MJB primair | MJB na wijziging | verschil |
---|---|---|---|
2023 | *27.236.309 | 29.514.153 | 2.277.844 |
2024 | 27.872.784 | 30.288.051 | 2.415.267 |
2025 | 28.471.921 | 30.662.443 | 2.190.522 |
2026 | 28.386.178 | 30.576.700 | 2.190.522 |
2027 | 28.386.178 | 30.576.700 | 2.190.522 |
*Verschil MJB primair 2023 € 27.236.309 met formatiebudget 2023 € 26.073.047 vermeld in paragraaf Bedrijfsvoering begroting 2023: €1.163.262. Het verschil betreft het toegekende bedrag voor de professionalisering € 1.143.499 en € 19.963 salariskosten trouwambtenaren ( vanaf deze begroting meegenomen in salarisbudgetten).
De stijging van de salariskosten (jaarschijf 2024 primair versus jaarschijf 2024 na wijziging ) is voor een groot deel te verklaren door de CAO ontwikkeling in 2023. Deze ontwikkeling leidt tot een stijging van de salariskosten van gemiddeld 7%. Deze CAO ontwikkeling is in de Kadernota 2024 reeds gemeld. Door een daling van bepaalde pensioenafdrachten in 2023 is er aan de andere kant sprake van een geringe daling in de salariskosten. Totaal effect € 1.537.600.
Het beschikbare formatiebudget is gewijzigd als gevolg van de formatie-uitbreiding van 7,78 fte, zoals hiervoor toegelicht, totaal € 652.922.
In 2024 is het verschil tussen de gewijzigde en primaire begroting € 224.745 hoger dan in de jaren 2025 en verder. Daar zijn twee oorzaken te noemen: in 2024 is éénmalig € 100.000 in de Kadernota 2024 gemeld voor de salarislasten van boven-formatieve medewerkers. Daarnaast bleek in 2023 dat het voor de functies, die voortkomen uit de professionalisering van de organisatie, praktisch niet altijd mogelijk was deze gedeeltelijk in te vullen. Er zat immers een opbouw in de toekenning van de financiële middelen. Er is dan ook in 2023 en 2024 een “voorschot” genomen op de invulling in de volgende jaren. Vanaf 2025 is dat verschil er niet meer. Het totaal toegekende budget voor professionalisering is dan gelijk aan het eindbedrag van € 2.310.800.
Ontwikkeling inhuurbudgetten: 2024-2027
Het totale bedrag aan inhuur bedroeg volgens de toelichting in de paragraaf Bedrijfsvoering in de programmabegroting 2023-2026 totaal € 871.885. Daarvan was het grootste deel ad € 750.000 bestemd voor de implementatie van de Omgevingswet. Het inhuurbudget in de meerjarenbegroting 2024-2027 is als volgt opgebouwd:
In euro’s:
Het budget 2023 is uitgebreid met de mutaties zoals deze tot nu toe zijn verwerkt in onze begroting.
CAO 2023
De huidige CAO loopt tot eind 2023. De begrote bedragen voor de jaren 2024 t/m 2027 zijn hierop gebaseerd. Voor 2024 worden in de nieuw af te sluiten CAO opnieuw afspraken gemaakt over eventuele salarisontwikkelingen. In de Kadernota 2024 hebben we rekening gehouden met een verhoging van de salariskosten als gevolg van nieuwe CAO afspraken, totaal € 1.600.000. Dit bedrag is gebaseerd op de loonvoet sector Overheid in het CEP voor 2024, 5,2%.